Centraal stembureau, hoofdstembureau en gemeentelijk stembureau

Bij de Provinciale Statenverkiezingen heeft elke provincie een centraal stembureau. Iedere gemeente heeft een gemeentelijk stembureau. Alleen provincies met meerdere kieskringen hebben een hoofdstembureau.  Zij hebben een grote rol in de aanloop naar de verkiezingen en bij het berekenen van de verkiezingsuitslag.

Centraal stembureau

Het centraal stembureau bestaat uit vijf leden. De burgemeester van de gemeente waar het centraal stembureau is gevestigd, is voorzitter van het centraal stembureau. De andere leden worden benoemd en ontslagen door gedeputeerde staten. De leden worden voor vier jaren benoemd.

De taken van het centraal stembureau zijn:

  • de registratie van namen (‘aanduidingen’) van politieke partijen;
  • het in ontvangst nemen van kandidatenlijsten en bijbehorende stukken;
  • de beoordeling van de geldigheid van kandidatenlijsten en de handhaving van de daarop voorkomende kandidaten;
  • de nummering van de kandidatenlijsten;
  • het vaststellen van de verkiezingsuitslag, toekennen van zetels en benoemen van kandidaten;
  • het benoemen in tussentijdse vacatures.

Hoofdstembureau per kieskring

Provincies met meerdere kieskringen hebben per kieskring een hoofdstembureau. Het hoofdstembureau bestaat uit vijf leden, van wie er één voorzitter is en één plaatsvervangend voorzitter. De leden van het hoofdstembureau worden per verkiezing opnieuw benoemd. De leden worden benoemd door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente waar het hoofdstembureau wordt ingesteld. 

De taak van de hoofdstembureaus is het vaststellen van de stemtotalen per kieskring.

De provincie Zuid-Holland is bijvoorbeeld opgedeeld in vier kieskringen: Den Haag, Rotterdam, Dordrecht en Leiden. Ieder van deze kieskringen heeft een eigen hoofdstembureau. De andere provincies met meer kieskringen zijn Gelderland, Noord-Holland, Limburg en Noord-Brabant.

Gemeentelijk stembureau

Het gemeentelijk stembureau stelt de uitkomst van de verkiezing op gemeenteniveau vast. Voor iedere verkiezing wordt een gemeentelijk stembureau ingesteld. Het gemeentelijk stembureau bestaat uit minimaal vijf leden. Er is geen maximumaantal leden. Er is een voorzitter en tenminste een plaatsvervangend voorzitter. De leden worden benoemd door het college van Burgemeester en Wethouders. De benoeming loopt af als de nieuwe leden van de Provinciale Staten zijn toegelaten.

Het gemeentelijk stembureau kan geholpen worden door ondersteuners. Bijvoorbeeld om stemmen te tellen. Het college van B&W benoemt de ondersteuners.  De benoeming loopt af als de nieuwe leden van de Provinciale Staten zijn toegelaten. De ondersteuners voeren alleen taken uit onder verantwoordelijkheid van het gemeentelijk stembureau. Zij hebben geen eigen beslissingsbevoegdheid. Zij mogen bijvoorbeeld niet beslissen of een stem geldig of ongeldig is.

De bevoegdheid om leden (en ondersteuners) te benoemen kan door het college worden gemandateerd. Hiervoor is een mandaatbesluit nodig.
                         

Kanditaten en gekozen leden

Met ingang van januari 2023 mogen kandidaten geen lid zijn van een stembureau, gemeentelijk stembureau, hoofdstembureau of centraal stembureau bij de verkiezing waarvoor ze kandidaat zijn. Zij mogen ook geen ondersteuner zijn van het gemeentelijk stembureau. Ook zittende leden van het vertegenwoordigend orgaan waarvoor de verkiezing wordt gehouden, mogen geen lid zijn van een stembureau, gemeentelijk stembureau, hoofdstembureau of centraal stembureau. Zij mogen ook geen ondersteuner zijn van het gemeentelijk stembureau.