Rapport gebruik volmachtstemmen bij verkiezingen 2012 en 2014

Een verkennend rapport van Henk van der Kolk, Universiteit Twente, over het gebruik van volmachtstemmen in gemeenten bij de Tweede Kamerverkiezingen van 2012, de gemeenteraadsverkiezingen van 2014 en de Europese verkiezingen van 2014.

In dit rapport wordt de vraag beantwoord waarom het percentage volmachtstemmen in de ene gemeente hoger is dan in de andere gemeente en waarom dat percentage ook verschilt tussen verschillende verkiezingen.

Mogelijke redenen volmachtstem

Op basis van onder meer onderzoeksgegevens uit 1998 wordt geconcludeerd dat er sterke aanwijzingen zijn dat het afgeven van een volmachtstem wordt bepaald door opleiding en politieke interesse (willen stemmen), het hebben van een baan (niet zelf kunnen stemmen) en het hebben van een volwassen huisgenoot (iemand hebben die een volmacht voor je kan uitbrengen). Ook is uitgesproken dat allochtonen en mensen van orthodox protestantse huize vaker een volmachtstem uitbrengen en wordt de vraag gesteld of dat ook nog zo is als rekening wordt gehouden met de eerder genoemde factoren.

Uit het onderzoek naar het aantal volmachtstemmen bij de gemeenteraadsverkiezingen van 2014 is gebleken dat de opkomst bij de verkiezingen, het percentage inwoners met een substantiƫle betaalde baan > 35 uur, het percentage inwoners met hoger onderwijs, het percentage individuen in eenpersoons huishoudens, en de percentages allochtonen en CU en SGP kiezers behoorlijk goed voorspellen waarom het percentage volmachtstemmen in sommige gemeenten zo hoog is.