Reactie minister op vragen over Wfpp

De Kamer heeft vragen gesteld aan minister Donner van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over het Wetsvoorstel financiering politieke partijen (Wfpp). De minister heeft op 24 oktober 2011 in zijn reactie aan de Kamer laten weten dat hij vasthoudt aan de keuzes van het kabinet voor subsidiëring van politieke partijen en financieel toezicht. Suggesties vanuit de Kamer om het wetsvoorstel te wijzigen worden afgewezen, op een enkele aanpassing na.

Toezichthoudende taak

Minister Donner geeft aan dat hij de Kiesraad niet gaat belasten met de uitvoering van het wetsvoorstel. De minister is van mening dat de Kiesraad zijn taak als centraal stembureau voor de verkiezing van de leden van de Eerste en Tweede Kamer en het Europees Parlement onomstreden moet kunnen uitvoeren. Het onderbrengen van zowel uitvoering als toezicht over subsidieverstrekking bij een Instituut als de Kiesraad, kan discussie geven. “Dit zou het vertrouwen in het kiesproces immers kunnen schaden”, aldus de minster.

Geen lokale uitbreiding

De minister voelt er niet voor om de werkingssfeer van het wetsvoorstel uit te breiden tot lokale partijen, plaatselijke afdelingen van landelijke partijen en lokale politici. Hij geeft er de voorkeur aan dit nog eens te bezien, nadat eerst vijf jaar ervaring met de wet is opgedaan.

Maximum bedrag aan giften

Door een enkele partij was gevraagd om een maximum te stellen aan giften die politieke partijen mogen ontvangen. De minister wijst dit van de hand, zoals hij ook de suggestie afwijst om giften vanuit het buitenland uit te sluiten. Doel van het wetsvoorstel is partijfinanciering transparant te maken en dat wordt gerealiseerd. Vervolgens kunnen politieke partijen of individuele Kamerleden desgewenst ter verantwoording worden geroepen, aldus de minister.

Tot slot wordt vastgehouden aan de thans geldende eis dat een partij een vereniging moet zijn met minimaal 1.000 betalende leden om voor subsidie in aanmerking te kunnen komen.

Behandeling wetsvoorstel na kerstreces

Nu de minister zijn reactie op de schriftelijke vragen aan de Tweede Kamer heeft gestuurd, is de volgende stap in het wetgevingsproces de mondelinge behandeling van het wetsvoorstel door de Tweede Kamer. Deze is voorzien na het Kerstreces van de Kamer (2e helft januari 2012).